woensdag 31 augustus 2011

Pauw


In de stad Pécs is de opvoering van het muziekstuk “Een pauw is opgevlogen” van de beroemde Hongaarse componist Zoltán Kódály, verboden. De directeur van het Philharmonisch Orkest van Pécs was bang dat de opvoering van het stuk als een belediging zou worden opgevat door de Fidesz-burgemeester van Pécs, de heer Páva, Hongaars voor Pauw.

De muzikale leider van het orkest wilde Kódály’s muziekstuk opvoeren bij de opening van de nieuwe Kódály concertzaal, waarbij ook burgemeester Pauw aanwezig zou zijn. Maar de directeur van het orkest meende dat “het publiek het lied zou kunnen opvatten als een bespotting van de heer Pauw,” zo schreef hij in een brief. En dus verbood hij de opvoering, waarop de muzikale leider uit protest tegen deze inperking van zijn artistieke vrijheid ontslag nam.
De betreffende  muziek van Kódály is gebaseerd op een oud Hongaars volksliedje terwijl de woorden komen van een gedicht van de 20e-eeuwse dichter Endre Ady dat als volgt begint:

“Een pauw is opgevlogen en zit op het provinciehuis –
ten teken dat de vrijheid wacht op alle arme lui.

Delicate, trotse pauw met je zonovergoten veren,
laat je boodschap zijn dat morgen alles zal verkeren.”

Wie het hele gedicht leest (zie de Engelse vertaling hieronder) moet concluderen dat je het op twee totaal verschillende manieren zou kunnen interpreteren, maar dat een tegen de heersende autoriteit gerichte interpretatie het meest logisch is als je de zeer liberale en progressieve opvattingen van Ady ook in ogenschouw neemt.
Hoe het ook zij, burgemeester en Fidesz parlementariër Pauw verklaarde dat hij absoluut niets tegen het muziekstuk heeft. Hij voelt zich ook niet beledigd als hij een pauw in de dierentuin ziet en begrijpt niet wat de directeur bezielde, verklaarde hij. Maar dat laatste lijkt me voor de hand te liggen. Die directeur deed wat de meeste mensen doen in autoritaire landen waar een klimaat van willekeur heerst. Geef de heersende macht vooral geen aanstoot.
Stel dat Pauw het wel persoonlijk opvat, moet hij gedacht hebben, dan kan ik een hoop gelazer krijgen, misschien zelfs ontslagen worden, dus laten we het voor de zekerheid maar niet opvoeren. Zelfcensuur, teweeg gebracht door autoriteiten die mensen ontslaan omdat ze niet de juiste politieke kleur hebben, omdat ze hun besluiten kritiseren of omdat ze te onafhankelijk zijn. Een treurige illustratie van het heersende klimaat in het bestuur van dit land.

Verder deze week:

- Premier Orbán kondigde opnieuw aan dat er de komende maanden keiharde bezuinigingen nodig zullen zijn om te voorkomen dat Hongarije de kant van Griekenland op gaat. De precieze plannen worden in de loop van september verwacht, maar de richting is wel duidelijk: verlaging van de lonen, pensioenen en sociale uitgaven, dwangarbeid voor minder dan minimumloon voor de allerarmsten (zigeuners), minder geld voor onderwijs en gezondheidszorg, inperking van de rechten van vakbonden etc. Heel wat anders dan de populistische boodschap waarmee Fidesz destijds haar overweldigende meerderheid wist te winnen in de verkiezingen.

- Orbán wijt alle problemen natuurlijk aan anderen: het IMF, de EU, de euro, de internationale banken, financiële speculanten, enz. enz. Maar de realiteit is dat, hoewel de internationale omstandigheden inderdaad slecht zijn, Hongarije veel van haar huidige problemen te wijten heeft aan het onverantwoorde economische beleid van de regering Orbán gedurende de laatste anderhalf jaar. Met als dieptepunt de invoering van de vlaktaks, een fors cadeau aan de rijken (inclusief de parlementariërs van Fidesz) waardoor de overheid heel veel belastinginkomsten misloopt. Opvallend is dat ook gerenommeerde conservatieve economen zoals Attila Chikán, Péter Ákos Bod, Tamás Mellár en László Csaba de laatste weken steeds forser en openlijker uithalen tegen het economisch beleid van Orbán. Maar, zo constateren een aantal van hen, er wordt ook naar ons simpelweg niet geluisterd.



A peacock takes its perch (English)

„A peacock takes its perch upon the county hall –
A sign that freedom comes to many folk in thrall.”

Let the proud, frail peacock, whose feathers daze the sun,
Proclaim that to-morrow here all will be undone.

To-morrow all will change, be changed at last.
New eyes In new battles will turn with laughter to the skies.

New winds will make laments in the old Magyar trees,
While we await, await new Magyar mysteries.

Either we all are fools, and to a man shall die,
Or else this faith of ours will prove it does not lie.

New forges and new fires, new faiths, new holy men,
Either you’ll come to life, or be nothing again.

Either the ancient hall will fall from the flame’s stroke,
Or our souls will sit here, bound in the ancient yoke.

Either in Magyar words new meanings will unfold,
Or the sad Magyar life will linger as of old.

„A peacock takes its perch upon the county hall –
A sign that freedom comes to many folk in thrall.”

maandag 22 augustus 2011

Apathie


De voornaamste bedreiging voor de democratie in Hongarije is de politieke apathie van de Hongaarse bevolking, meent de liberaal conservatieve politieke analist Zoltán Somogyi. Als de kiezers niet geïnteresseerd zijn in de democratische instituties, kan de democratie niet gered worden. Het echte probleem, meent hij, is dat de kiezers zich massaal van de politiek hebben afgewend. Hij verwijst daarbij ondermeer naar het groeiende percentage kiezers dat in opiniepeilingen aangeeft geen idee te hebben op wie te stemmen.

Deze groeiende onverschilligheid is een erfenis van de communistische tijd onder János Kádár, waarin er een ongeschreven overeenkomst bestond tussen de heersende communistische elite en het volk. De burgers hielden zich buiten de politiek en bemoeiden zich niet met het reilen en zeilen van de politici. In ruil daarvoor bemoeide de elite zich niet met hun dagelijks leven dat de meeste Hongaren (een kleine groep dissidenten uitgezonderd) in relatieve vrijheid doorbrachten: weinig censuur, een gegarandeerd sociaal minimum voor iedereen, een weekeindhuisje aan het Balaton, reizen naar het buitenland.
“Precies deze modus vivendi die de vrolijkste barak van het socialistische blok in stand hielp houden, schaadt nu de democratie,” aldus Somogyi. Want als er geen publieke woede is, zijn politici vrij om te doen wat ze willen. De onmacht van de huidige oppositiepartijen MSZP en LMP draagt bij aan deze groeiende onverschilligheid bij het grote publiek, meent hij. “Er zijn een miljoen gematigde liberalen en conservatieven in dit land die geen partij hebben waar ze zich achter kunnen scharen.” Let wel, Somogyi was de verkiezingsstrateeg achter het liberaalconservatieve MDF. Die partij probeerde vorig jaar een rationeel alternatief te vormen voor de populistische koers van Fidesz en Jobbik maar leed een smadelijke nederlaag en slaagde er niet in de 5% kiesdrempel te halen.

Verder de afgelopen weken:
- Vertegenwoordigers van de Fidesz regering hebben diverse suggesties gedaan die erop neerkomen dat voormalige linkse premiers eigenlijk gerechtelijk vervolgd zouden moeten worden voor het feit dat de staatsschuld van Hongarije de afgelopen tien jaar is gegroeid tot boven de 80%. Een parlementaire commissie van Fidesz mensen heeft de kwestie onderzocht en de onderzoeksresultaten overhandigd aan het openbaar ministerie, dat nu bekijkt of vervolging mogelijk is. Het zou waarschijnlijk een nieuwe rel met Europa opleveren als een premier voor zijn politieke handelen in het verleden juridisch vervolgd wordt. Maar het kan natuurlijk ook gewoon populistisch geblaf zijn.
- Volgens de Amerikaanse politicoloog en Hongarije experts Charles Gati wordt de verkiezingswet die Fidesz in de komende maanden aan wil nemen een testcase. Als die wet belangrijke obstakels opwerpt voor een democratische machtsovername door de oppositie, dan zijn tegenmaatregelen van de VS niet uitgesloten. “Daarover hoeven geen illusies te bestaan; het zal onder investeerders niet onopgemerkt blijven als de regering van de VS verklaart dat het Hongarije niet langer als een stabiele democratie beschouwt,” aldus Gati.
Toeschouwers bij het optreden van Saga
- Op een festival van rechtsradicalen vlakbij Boedapest riep een spreker het publiek op om “de trekker van het machinegeweer over te halen” als ze een Jood zagen of “iemand met een andere huidskleur.” De man betoogde dat er een rassenoorlog (tegen de zigeuners) gaande was en dat iedereen klaar moest staan om te doden en zijn leven te geven voor de blanke Hongaarse natie. Het publiek reageerde met applaus. De spreker is lid van een van de diverse neonazistische clubjes die verbonden zijn met Jobbik. Er zaten in het publiek ook diverse parlementariërs van Jobbik, maar die weigerden zich van “hun vriend” te distantiëren. Ook de partijleiding van Jobbik deed dat niet. De politie trad evenmin op, hoewel er op het festival alom en openlijk geleurd wordt met nazistische parafernalia (buttons, T-shirts, stickers, Mein Kampf enz), wat bij wet verboden is. Het festival wordt georganiseerd door de burgemeester (!) van het dorpje Veröce (45 km ten noorden van Boedapest en 15 km ten noorden van Vác). Het trekt duizenden bezoekers waaronder talloze neonazi’s uit heel Europa. Een van de topattracties was de Zweedse zangeres Saga, door wier White Power muziek Anders Breivik zich zo geïnspireerd voelde.

woensdag 10 augustus 2011

Ook godsdienstvrijheid ingeperkt ?

Brengt de nieuwe wet op de kerken, die op 12 juni door het parlement werd aangenomen,  de vrijheid van godsdienst in Hongarije gevaar ?  Een groep voormalige dissidenten – voormalig in de zin dat ze ook onder het communisme dissident waren - vindt van wel . Zij schreven daarom een Open Brief aan de Europese Commisie met het verzoek in te grijpen.

In de wet worden 14 godsdiensten op voorhand en bij wet als erkend aangemerkt, wat ook betekent dat de subsidiering van deze kerken door de overheid doorgaat zoals voorheen. Het gaat om de katholieken – Rooms en Grieks – de Oosters orthodoxen, de Lutheranen en Calvinisten, een paar Joodse groepen, en een paar andere protestantse groepen - de Unitariers, Baptisten en de Geloofs Kerk.
Alle andere kerken dienen een apart verzoek tot erkenning in te dienen en daarover beslist dan een parlementaire meerderheid.
Op de eerste plaats krijgen daardoor diverse gerenomeerde kerken die vaak al decennia actief zijn in Hongarije op voorhand een 2e klas status, want tot die 14 behoren bijvoorbeeld niet de methodisten, adventisten, pentacostal kerk, hervormde joodse  gemeentes, boedisten, de islam,  Hindus, het Leger des Heils en de Jehovahs. Deze kerken – en velen ervan zijn bijvoorbeeld al decennia actief in de hulp aan daklozen, onderwijs en gezondheidszorg – verliezen nu hun erkenning en de subsidies voor hun sociale werk.
Natuurlijk kunnen ze nu alsnog een erkenning aanvragen, maar hun 2e rangs status blijft en bovendien worden ze voor erkenning afhankelijk van het oordeel van een minister of ze wel een serieus geloof zijn, moeten ze zich onderwerpen aan een onderzoek van de geheime dienst of ze niet staatsgevaarlijk zijn en beslist uiteindelijk de politiek met een 2/3 meerderheid in het parlement. Hoezo scheiding van staat en kerk?  Hoezo godsdienstvrijheid en gelijkheid?
De wet heet bedoeld te zijn om allerlei duistere namaakkerken aan te pakken die misbruik maken van subsidiemogelijkheden. Maar me dunkt dat de instelling van een onafhankelijke commissie van religieuse en ethische experts en een mogelijkheid tot beroep bij het constitutionele hof of zo – een mogelijkheid tot beroep geeft de niuewe wet niet -  wat dat betreft voldoende zou zijn. Maar ja, onafhankelijke deskundigen daar houdt deze regering klaarblijkelijk niet zo van. En toch, een regering die zegt christen democratisch te zijn maar de godsdienstvrijheid inperkt, dat is misschien niet zo slim.

Nog twee saillante details:
- de wet werd al enige weken bediscussieerd maar 2 uur {!] voor de uiteindelijke stemming in het parlement werd er nog een nieuw en zwaar gewijzigd ontwerp ingediend dat dus geen enkele parlementarier nog goed heeft kunnen lezen.  Hoe serieus kun je al die Fidesz kamerleden nehmen die dan toch gewoon voor stemmen?
- Zegge en schrijve één van de erkende kerken – ik geloof de Unitariers - protesteerde tegen de wet omdat die tegen andere kerken discrimineert. De anderen zwijgen, waarschijnlijk omdat ze hun eigen erkenning niet in gevaar willen brengen. Schande over hen en hun nageslacht.