zondag 31 maart 2013

Populistische onzin


De regering Orbán probeert het vertrouwen van kiezers terug te winnen via een campagne ter verlaging van de energieprijzen. Onder het motto dat de energiebedrijven superwinsten maken over de ruggen van de arme Hongaren, dwong de regering hen begin van dit jaar al de tarieven met 10% te verlagen en er zitten nog één a twee van dat soort verlagingen aan te komen.

Orbán satire op het Duitse Kika
Zoals Gordon Bajnai van Samen 2014 al constateerde is het cynische maatregel. Het leven is de laatste drie jaar voor vooral de armeren veel duurder geworden dankzij het beleid van de regering (de BTW verhoging naar 27%, de invoering van de vlaktaks, de verhoging van allerlei andere accijns enz.). Via deze gedwongen tariefsverlagingen krijgen de Hongaren daar een heel klein beetje, maar bij lang na niet alles van terug. Bovendien hebben de allerarmsten er al weinig meer aan. Veel mensen op het platteland hebben dankzij de bezuinigingen op uitkeringen en pensioenen nog maar zo weinig geld dat ze nauwelijks gas en elektriciteit meer gebruiken. Die proberen de winter door te komen door in één kamertje sprokkelhout te stoken en één peertje te laten branden.
Maar de regering verdraait ook de feiten. Hoewel het me altijd redelijk lijkt om met de energiebedrijven te overleggen of er iets te doen valt, is het niet waar dat die bedrijven in Hongarije superwinsten maken. De prijs van energie is in Hongarije ook niet de hoogste van Europa, “zelfs hoger dan in Duitsland of Denemarken,” zoals premier Orbán in het parlement zei. Elektriciteit kostte in Hongarije in 2011 15 cent per kW. Dat is onder het EU gemiddelde en (ruim) onder landen als Denemarken (30ct), Duitsland (20ct) en Nederland (18ct). Gas kostte in 2011 in Hongarije 5,5 ct per eenheid, opnieuw onder het Europese gemiddelde en onder Denemarken (10,5ct), Duitsland (6ct) en Nederland (7,5ct). Bovendien wordt de prijs van energie voor een deel bepaald door belastingen (in Hongarije 20% van de prijs, ondermeer door de hoge BTW). Natuurlijk hebben veel Hongaren moeite hun energierekening te voldoen omdat hun inkomens achteruit gehold zijn. Maar wiens schuld is dat?
Een grootschalig plan voor de isolatie van huizen, het stimuleren van energiebesparing, hulp voor de allerarmsten en het beëindigen van die zogenaamde “economische vrijheidsstrijd” die de economie alleen maar tot stilstand heeft gebracht, zou mensen aanzienlijk meer opleveren dan dit soort populistische kretologie. Maar dat zal allemaal wel te links en liberaal zijn en ik geef toe, met populisme kun je verkiezingen winnen.


Verder deze week:

- E.ON heeft er in ieder geval genoeg van en heeft haar gasbedrijf in Hongarije aan de regering verkocht voor 870 miljoen euro. Alsof er geen betere bestedingen zijn van ons belastinggeld dan het opnieuw instellen van staatsmonopolies.
- De Hongaarse Nationale Bank, nu stevig onder Fidesz controle, is opeens heel optimistisch over de vooruitzichten voor het begrotingstekort. Inderdaad, zoals ik vorige week al meldde, dienen de prognoses van de bank voortaan in overeenstemming te zijn met de regeringscijfers.
 - Onder de kop “Constitutional mob rule” (zoiets als “De grondwettelijke macht van het gepeupel”) schreef de conservatieve econoom György Kopits een vernietigend artikel in de Wall Street Journal over het gebrek aan onafhankelijke controle instanties en het autoritaire beleid van de regering Orbán. “Het Hongarije van vandaag lijkt angstwekkend op het communistische regiem van János Kádár, toen alle publieke instellingen “Potemkin” instellingen waren die het niet waagden de hegemonie van het Politbureau uit te dagen.”
 - De Stichting Eten en Leven van de Hare Krishna deelde zaterdagochtend in het centrum van Boedapest een gratis Paasmaal uit voor de armen: een paar boterhammen en wat soep. Het was een trieste demonstratie van de toegenomen armoede. Er moeten een paar duizend mensen hebben gestaan, de rij wachtenden was zeker 500 meter.
 - Diezelfde zaterdag demonstreerden ’s middags 1000 mensen in de kou voor het hoofdkwartier van Fidesz, die precies dit weekeinde 25 jaar bestaat. Opgericht als een partij van liberale jongeren die tegen de communistische autoriteiten waren, is de partij nu volgens velen verworden tot een groep regenten die even conservatief en autoritair zijn als de mensen waar ze toen tegen vochten. De Fidesz BoBo’s hadden de dag ervoor hun 25-jarig bestaan gevierd, maar stiekem en in beslotenheid.
- De Duitse kinderzender Kika kreeg scherpe kritiek van Orbán persoonlijk vanwege het jeugdjournaalfilmpje dat ze had gemaakt over de ondergraving van de democratie in Hongarije. In Hongarije zou een dergelijke vergiftiging van de kinderziel niet worden toegestaan, aldus Orbán. Volgens Kika onderstreept zulk commentaar de essentie van de kritiek. Ze hebben in antwoord een nieuw filmpje gemaakt waarin met Orbán de spot wordt gedreven. (zie foto en www.youtube.com/watch?v=uEkykrRZpGY).

zaterdag 23 maart 2013

Rode kaart?

In Europa gaan langzaam meer stemmen op voor sancties tegen de Hongaarse regering omdat die de normen en waarden van een democratisch bestel blijft ondermijnen. Twee opties die worden genoemd zijn het stopzetten van EU subsidies en het ontnemen van Orbán’s stemrecht in de Europese Raad (het overleg van EU regeringsleiders). Ook de Hongaarse oppositie heeft zich echter al tegen beide opties uitgesproken. De vraag is: wat dan?

Rode kaart van de EU voor regering Orbán?
De voorzitter van de Europese Commissie Barroso zal vanaf nu persoonlijk toezicht houden op alle klachtenprocedures rond Hongarije. Dat is een duidelijke opwaardering van dit dossier en weerspiegelt het belang dat er aan gehecht wordt. Een fors deel van de Europese politici (in ieder geval socialisten, Groenen en liberalen) hebben er genoeg van dat ze door de regering Orbán aan het lijntje worden gehouden. Op alle kritiek van wie dan ook – ook van onafhankelijke deskundigen of conservatieve kringen – is het standaardantwoord nu al bijna drie jaar dat er niets aan de hand is en dat critici niet weten waarover ze praten. Er zijn het afgelopen jaar wel wat kleine concessies gedaan, maar die zijn deels weer ongedaan gemaakt door de aanname van het vierde amendement op de grondwet op 11 maart. “Genoeg is genoeg,” aldus de leider van de liberalen Guy Verhofstadt.

Barroso komt naar verwachting eind april met een rapport over de grondwet en Verhofstadt vindt dat het Europees Parlement ook in april een “artikel 7 procedure” tegen Hongarije moet starten. Dat betekent een parlementair onderzoek waarin vastgesteld wordt of er in Hongarije sprake is van “een duidelijk risico van een serieuze en voortdurende schending van het EU verdrag.” Mocht het parlement tot die conclusie komen, dan kunnen er sancties worden ingesteld zoals het opschorten van bepaalde rechten, waaronder het stemrecht in de Europese Raad.

In Hongarije is al geen sprake meer van een risico van een schending, maar is die schending een gegeven, meent Verhofstadt. Ook diverse EU commissarissen lijken die mening te delen. Commissaris Neelie Kroes (digitale ontwikkeling, liberaal) zei in een rede in Dublin vrijdag dat de zorgen over de persvrijheid nog dezelfde zijn aangezien de Hongaarse regering “slechts een fractie” van de aanbevelingen van de Raad van Europa had overgenomen. Commissaris Viviane Reding (justitie en mensenrechten, christen democraat) plaatste in een interview in de Duitse krant Frankfurter Allgemeine vraagtekens bij de onafhankelijkheid van de Hongaarse justitie en de toestand van de rechtsstaat (de regering Orbán reageerde des duivels en eist dat ze haar woorden openlijk intrekt). Onduidelijk is hoe de fractie van de Europese Christen Democraten, de EPP, zal reageren. De procedure kan alleen starten als er een 2/3 meerderheid voor is en dus is de steun van (een deel van) de EPP noodzakelijk.

Opvallend is wel dat twee leiders van de Hongaarse oppositie, Attila Mestherhazy van de socialisten en Gordon Bajnai van Samen 2014, beiden al hebben gezegd dat ze tegen zulke zware sancties zijn als het ontnemen van het stemrecht of het stopzetten van subsidies. Zulke sancties treffen de hele Hongaarse bevolking en dat kan niet de bedoeling zijn, zeggen zij. Wat ongetwijfeld meespeelt is de vrees dat zulke zware sancties het nationalistisch sentiment in Hongarije zelf zullen aanwakkeren (wij arme Hongaren tegen die bureaucraten uit Brussel) en dat uiteindelijk Fidesz en ook het extreemrechtse Jobbik er electoraal van kunnen profiteren. Dat is bepaald niet ondenkbaar, dus als het al tot sancties komt, zullen dat slimme sancties moeten zijn die zich specifiek richten op de autoriteiten die het probleem zijn. Gele kaarten, tijdstraffen, een schorsing voor bepaalde wedstrijden, allemaal prima, maar die rode kaart moet Brussel nog maar even op zak houden. In ieder geval tot de verkiezingen van mei 2014, zodat het Hongaarse volk dan nog de gelegenheid krijgt om zelf dit regiem naar huis te sturen. Een uitgebreide Europese missie die de verkiezingen (aanloop, wetgeving, het stemmen en het tellen) zorgvuldig onder de loep neemt, lijkt me in ieder geval een must. En als die oordelen dat de verkiezingen niet fair waren, kan een rode kaart altijd nog.

Verder deze week:

- Het ARD jeugdjournaal besteedde ook aandacht aan een eventuele rode kaart van de EU aan Hongarije, zie hier. De Hongaarse regering was opnieuw woedend. 

-  De socialistische afgevaardigde Tibor Szanyi heeft van de voorzitter van het parlement, een fervente Fidesz man, een boete opgelegd gekregen van 131.400 forint (een kwart van zijn maandsalaris) omdat hij toen hij na een toespraak ging zitten, kort een middelvinger had opgestoken naar leden van de fractie van de extreemrechtse Jobbik. Szanyi ontkent het gebaar niet, maar zegt dat hij was uitgedaagd omdat er tijdens zijn toespraak vanuit die fractie permanent dingen werden geschreeuwd als: “vuile jood,” “zigeunerhuurling,” “rat”en “dronkeman.” Dat geschreeuw is niet bestraft. Trouwens, is er verder enig parlement in Europa waar de Kamervoorzitter financiële boetes uitdeelt voor vermeende misdragingen?

- De antisemitische journalist Szaniszló heeft de staatsprijs voor goede journalistiek die hij onlangs kreeg van de minister van cultuur Balog, op het verzoek van de minister teruggegeven. De minister blijft volhouden dat Szaniszló was aanbevolen door de commissie die de lijst van prijswinnaars moest voorbereiden. Dat blijkt echter niet het geval te zijn, aldus het conservatieve weekblad Heti Válasz.  Die commissie had hele andere namen voorgedragen, maar die waren terzijde geschoven door de nieuwe staatssecretaris die Balog net een paar weken eerder had aangesteld.

- Het Duitse energiebedrijf RWE halveert haar investeringen in Hongarije, volgens directeur Martin Herrmann vanwege de zware extra lasten die de regering Orbán de energiebedrijven oplegt. “Wat in Hongarije gebeurt, is zonder precedent en is volkomen onacceptabel.” Ik hoop dat Brussel “een eind maakt aan de schending van EU regelgeving.” Hij denkt dat andere energiemaatschappij in Hongarije hun investeringen misschien wel met 80% zullen verminderen. “Je kunt geen investeringen doen in een omgeving waar je in feite op de rand van nationalisatie staat.”

- Redacteuren van de conservatieve website Mos Maiorum hebben hun bezwaren tegen het vierde amendement op de grondwet op een rij gezet. Ze vinden de wijze waarop dit alles gebeurt onacceptabel: geen debat en zoeken naar consensus maar het eenzijdig opleggen van de wil van één partij. Ze vinden dat allerlei controversiële opvattingen over alledaagse problemen niet in de grondwet thuishoren, bijvoorbeeld over dakloosheid of waar je wel of niet verkiezingsadvertenties mag plaatsen. Maar hun belangrijkste bezwaar is dat het Grondwettelijk Hof op onbehoorlijke wijze aan de kant is geschoven. Tegelijk benadrukken de redacteuren die ze niet van plan zijn samen te werken met al diegenen die al tijden “wolf, wolf” roepen en praten over het einde van de democratie in Hongarije. Ze verwachten dat de parlementaire meerderheid (Fidesz) in de toekomst "meer wijsheid, bescheidenheid en zelfcontrole" toont. Ik hoop het natuurlijk altijd ook, maar ben daar na drie jaar rauwdouwerij "lichtelijk pessimistisch" over.

- De Mediaraad heeft eindelijk ingestemd met een permanente vergunning voor Klubradio. Het station heeft daarvoor zeven keer een rechtszaak moeten aanspannen, die ze zeven keer won, maar steeds weigerde de Mediaraad dat oordeel uit te voeren. Nu dus wel, voorlopig.

- Volgens nieuwssite Origo is er binnen de Hongaarse Nationale Bank, die recent onder leiding kwam van Orbán vertrouweling Matolcsy, een oekaze uitgegaan aan alle experts dat analyses natuurlijk wel in overeenstemming dienen te zijn met de prognoses en cijfers van de regering. De leiding van de bank ontkent het bestaan van zo’n document.

maandag 18 maart 2013

Propaganda in de sneeuwstorm

Toevallig rijdt premier Viktor Orbán op zaterdag 16 maart samen met minister van Binnenlandse Zaken Pintér in zijn eigen auto op de autosnelweg tussen Boedapest en Wenen. Terwijl de laatste resten van de sneeuwstorm nog worden opgeruimd, zien ze toevallig een jong stel dat langs de kant van de snelweg loopt, gestrand als gevolg van de sneeuw. Natuurlijk besluiten ze, vriendelijk en behulpzaam als ze zijn, de twee een lift te geven. En laat er nou toevallig een camera in de auto zitten die alles opneemt?


Dat is onderdeel  van een filmpje dat door de regering is verspreid via YouTube, een tamelijk ongelofelijk staaltje van succespropaganda waarin de premier met de verantwoordelijke minister (alle hulpdiensten vallen onder Pinter) een dagje gaan kijken hoe het ervoor staat op de weg na de sneeuwstorm? Van de talloze chauffeurs, bewakers, lijfwachten of ander gevolg die Orbán altijd omringen geen spoor, maar wel een draaiende camera? En dat terwijl Orbán net terug is uit Brussel en Pintér zijn handen nog vol heeft of zou moeten hebben met de sneeuwstormcatastrofe?

Maar dat is dus het punt van dit toneelstukje: de verontwaardiging over de aanpak van de sneeuwstorm van de 14e-15e maart loopt inmiddels behoorlijk op. Hoewel de storm dagen van tevoren was aangekondigd door de weersdiensten en er aan Frankrijk, Duitsland en Oostenrijk heel goed te zien was wat er op ons afkwam, sneeuwden tal van (snel) wegen in Hongarije de 14e maart volledig dicht en moesten tienduizenden mensen de nacht in hun auto doorbrengen. Gelukkig waren er heel veel vrijwilligers die gestrande passagiers opvingen, eten en drinken bezorgden enz. Hulde. Maar waarom kwamen de hulpdiensten die de wegen sneeuwvrij zouden moeten maken eigenlijk pas de 15e in actie, toen alles al volledig vastzat? Waarom ging een waarschuwing om de weg niet op te gaan pas de 15e maart uit? Waarom werd vrachtverkeer, dat ook massaal vastliep, niet al de 14e stilgelegd aan de grenzen? Geconfronteerd met deze vragen, wisten de autoriteiten niet veel meer te zeggen dan dat de sneeuwstorm de grootste in mensenheugenis was (onzin), dat de weersvoorspellers het fout hadden gehad (grote onzin) en dat ze alles te allen tijde onder controle hadden gehad (een botte leugen).

De werkelijkheid is, op zijn best, dat het hele hulpverleningsapparaat last had van de gebruikelijke Hongaarse bureaucratische laksheid: iedereen zat gewoon lekker thuis het lange weekeinde te vieren (vrijdag de 15e maart is een nationale feestdag) en niemand had verder gekeken dan zijn neus lang was. Maar waarschijnlijk is dit alles aanzienlijk verergerd door de manier waarop ook de rampen- en hulpdiensten de laatste jaren zijn ‘hervormd’ door de regering Orbán: alle diensten zijn tot het uiterste gecentraliseerd (echte beslissingen kunnen alleen nog maar aan een bureau in een ministerie in Boedapest genomen worden), vele honderden deskundige personeelsleden zijn eruit gegooid en op topposities zijn vaak ondeskundige mensen benoemd die politiek beloond moesten worden. De nieuwe topman van de recent ingestelde Nationale Catastrofe Dienst bijvoorbeeld is een wat dubieuze advocaat zonder enige ervaring in rampenbestrijding of hulpverlening, maar wel met goede Fidesz connecties. Een incompetente bureaucratie in het kwadraat dus die, opnieuw, herinneringen oproept aan bepaalde andere tijden.

De auto van Orbán (omringd door zijn bewakers van de TEK)  vlak vóór de opname.

p.s. 19 maart. Het jonge stel is door het Hongaarse blad HVG opgespoord en het zijn geen acteurs, zoals velen aanvankelijk dachten. Ze waren wel verbaasd dat er opeens een camera was en dat de premier achter het stuur zat, "maar we konden moeilijk zeggen, nee dank u, bij u stap ik niet in." Dat maakt het filmpje minder "sappig" maar het geheel blijft een in scene gezet stuk: de premier als "de man van het volk" die controleert of alles wel goed gaat.



Verder de afgelopen dagen:

- Na de storm van kritiek die Orbán de afgelopen week kreeg, was ook zijn ontvangst op de Eurotop afgelopen week ijskoud, aldus Europarlement voorzitter Schulz. Diverse premiers (waaronder ook Rutte) hebben Orbán gezegd dat het zo niet verder kan. De EU beraad zich op verdere stappen.

- Shell heeft aangekondigd dat ze nog meer benzinestations in Hongarije gaat sluiten en mensen gaat ontslaan. Officieel om puur economische redenen (toenemende concurrentie, dalende opbrengsten) maar je proeft in de uitleg dat ook dit bedrijf zich in het land niet meer lekker voelt. Volgens CEO Erényi overweegt Shell niet om zich volledig uit de Hongaarse markt terug te trekken maar is het wel constant de vraag hoe lang het de bestaande situatie nog kan volhouden.

- De regering heeft hoge staatsprijzen (zoiets als bij ons een lintje) gegeven aan een aantal mensen, daaronder ook extreemrechtse types zoals Ferenc Szaniszló, (verslaggever bij Echo TV bekend om zijn openlijk antisemitische en racistische bijdrages), Kornél Bakay (een archeoloog die theorieën aanhangt dat het oude Israël nooit heeft bestaan en dat de Joden verantwoordelijk waren voor het feit dat de Hongaren in het jaar 1526 de slag bij Mohacs verloren tegen de Turken), Ajándok Eöry (ook een zogenaamde wetenschapper volgens wie de Chinezen de acupunctuur hebben geleerd van de Hongaren) en János Petrás (gitarist van de groep Karpatia, een populaire band op neo-Nazi bijeenkomsten). De Fidesz minister die de prijzen uitreikte, Zoltán Balog, claimt nu dat hij niet op de hoogte was van de achtergrond van deze prijswinnaars. Een leugen of een bewijs van onvermogen? 

woensdag 13 maart 2013

Hongarije is geen constitutionele democratie meer.

Hongarije is geen constitutionele democratie meer, tot die spijkerharde conclusie kwam de conservatieve ex-president en voormalig lid van het Grondwettelijk Hof László Solyóm na de aanname van het vierde amendement op de grondwet afgelopen maandag.

De wijziging van de grondwet ontlokte een stortvloed aan negatieve reacties uit heel Europa. Veel commentaren in zowel Duitsland, Frankrijk als Engeland - van het conservatieve Die Welt tot en met de progressieve Independant - constateerden dat de EU dit echt niet langer over zijn kant kan laten gaan. Omdat een aantal EU-landen bijna een jaar geleden niet bovenop de Euro-crisis nog een Hongarije crisis wilden, nam Brussel toen genoegen met halfzachte toezeggingen van premier Orbán dat hij de kritiek serieus zou nemen. Maar dat doet hij dus niet. “Orbán heeft niets geleerd, hij lacht ons gewoon uit,” zei de liberale voorman Guy Verhofstad in het Europese parlement.

Tegelijk vraagt iedereen zich af wat Europa dan moet en kan doen. Aanmaningen helpen niet, maar het ontnemen van stemrecht en stopzetten van subsidies – de nucleaire optie – gaat wel heel ver en is ook zo makkelijk nog niet (want alle andere leden moeten daarmee instemmen). Misschien dat het voorbeeld van Barbara Stamm, voorzitster van het Beierse parlement en vooraanstaand lid van de CSU en tot nu toe een trouwe bondgenoot van Orbán, een indicatie is waar het heen gaat. Zij zegde uit protest een ontmoeting met de Hongaarse parlementsvoorzitter László Kövér af. Ook president János Áder kreeg bij zijn staatsbezoek aan Duitsland van de afgelopen dagen ook van iedereen een wagonlading kritiek over zich heen. Benieuwd hoe Orbán morgen en overmorgen ontvangen wordt op de EU-bijeenkomst van regeringsleiders?

Ook in Hongarije uiteraard veel kritiek, ditmaal eveneens hele harde van gematigde conservatieven zoals de jonge journalist Bálint Ablonczy van Heti Válasz (de Orbán regering is haar zin voor realiteit kwijt),  de bekende publicist Gábor Török en Dávid Lakner, een lid van de jonge conservatieve groep Mandiner. Ex-president László Solyóm constateerde dat Fidesz zich nu formeel boven de grondwet heeft geplaatst. “Onbeperkte parlementaire macht is in Hongarije noch elders in Centraal Europa ooit democratisch geweest en dat roept zeer onaangename herinneringen op,” aldus Solyóm.

In Boedapest demonstreerden de afgelopen dagen duizenden mensen, waaronder ook opvallend veel jongeren. Studenten die uit protest de parkeerplaats van het Parlement blokkeerden werden gearresteerd en kregen per persoon een boete van 50.000 forint (180 euro). Er is een actie gestart om dat geld voor hen in te zamelen. Demonstranten eisten onder meer dat president Áder de wet niet ondertekent. Een demonstratie op het plein voor  het paleis van de president moest echter verderop gehouden worden omdat de antiterreur eenheid TEK dat plein afsloot. Dat TEK is een eenheid van 1200 man, die twee jaar geleden door deze regering werd opgericht. Ze wordt geleid door een voormalige lijfwacht van Orbán en staat onder direct bevel van de premier.

Verder de afgelopen dagen:

- Er komt vrijdag toch een grote demonstratie van de oppositie. 15 Maart is de nationale feestdag waarop de opstand van 1848 tegen de Habsburgers wordt herdacht. Diverse oppositiepartijen houden eerst eigen bijeenkomsten en trekken daarna naar de grote bijeenkomst van Milla op het Kalvin plein. Het motto is een regel uit een gedicht waarin Petöfi, een van de leiders van 1848, het opstandige volk vergelijkt met een onstuitbare watervloed : "Äzért a víz az úr" (letterlijk: Daarom is het water de meester).

- “Dialoog voor Hongarije,” de linkervleugel van de Groene LMP die onlangs van die partij afsplitste, heeft nu met “Samen 2014” van Gordon Bajnai officieel de “Verkiezingsalliantie Samen 2014” opgericht die volgend jaar het Orbán regiem moet verslaan. Naar verwachting zullen in de herfst ook de socialisten en de Democratische Coalitie van oud premier Gyurcsány zich onder die Alliantie scharen.

-  CEO Enrico Cuchicani van de Bank Intesa Sanpaolo SpA, eigenaar van de CIB Bank, kondigde aan dat hij weg wil uit Hongarije. Het is een nachtmerriescenario geworden, verklaarde hij. De Hongaarse regering heeft de laatste jaren de banken zonder enig overleg zulke excessief hoge belastingen opgelegd dat vrijwel alle banken in Hongarije verliesgevend zijn geworden en de markt voor leningen volstrekt stil is komen te liggen. Premier Orbán zei dezelfde dag op een conferentie dat hij wil dat minimaal 50% van de banken in Hongaarse handen komt. Er gaan al langer geruchten dat de regering banken wil opkopen en/of nationaliseren in de hoop zo directe invloed uit te kunnen oefenen op de financiële sector. De MKB, eigendom van de Bayerische Bank, geldt als een van de kandidaten en de CIB nu dus ook. Dit soort nationalisme kan makkelijk tot nieuwe wrijving met de EU leiden.

- De financiële markten maken zich duidelijk zorgen. De forint is de afgelopen dagen door alle commotie scherp gedaald naar 307 voor de Euro en 249 voor de Zwitserse Frank. Slecht nieuws voor alle Hongaren met leningen in die valuta en voor de Hongaarse regering, die haar budget voor dit jaar had afgestemd op een koers van 285 voor de Euro en dus, als dit zo blijft, extra zal moeten bezuinigen.

maandag 11 maart 2013

Viktor duldt geen tegenspraak



De Fidesz 2/3 meerderheid in het parlement  heeft vanmiddag de omstreden wijzigingen op de grondwet aangenomen, ondanks tal van verzoeken vanuit Europa om een stemming uit te stellen. Premier Orbán verklaarde kort voor de stemming dat Europa zich niet dient in te mengen in interne Hongaarse aangelegenheden. Europese leiders reageerden teleurgesteld. Voorzitter Barroso van de Europese Commissie en secretaris generaal Jagland van de Raad van Europa willen de wijzigingen alsnog ter beoordeling voorleggen aan de Venetië Commissie en zeggen erop te vertrouwen dat de regering Orbán zich zal schikken naar eventuele wijzigingsvoorstellen. Ik zou er niet op rekenen. Viktor houdt niet van tegenspraak, dat was tenslotte de reden voor de doorvoering van deze grondwetswijzigingen. Dus zal Europa zich opnieuw moeten buigen over de vraag: laten we ons piepelen of gaan we er wat aan doen (maar wat dan)?

zondag 10 maart 2013

Ruzie met EU laait weer op


De ruzie tussen de regering Orbán en Europa over de gezondheidstoestand van de Hongaarse democratie lijkt opeens weer op te laaien. Aanleiding zijn de constitutionele wijzigingsvoorstellen die maandag dreigen te worden aangenomen en die een toch al beschamend slechte grondwet nog slechter maakt. Een van de sterkste signalen is een brief van Duitsland, Nederland (!), Finland en Denemarken aan de Europese Commissie waarin wordt aangedrongen op maatregelen.

 9 maart: spontane demonstratie
Eerst de ironie. Afgelopen donderdag bezette een groep van enige tientallen activisten uit protest tegen het gerommel met de grondwet korte tijd de binnenplaats van het hoofdkantoor van Fidesz in Boedapest. Ze klommen over het hek en probeerden wel het kantoor zelf binnen te komen, maar werden daar tegengehouden door bewakingspersoneel. Fidesz haalde niet de politie erbij maar mobiliseerde aanhangers. Toen de activisten op een balkon klommen en 12 eisen begonnen voor te lezen, werden ze door die Fidesz aanhang overlaadden met scheldwoorden (smerige flikkers, vuile rotjoden, gore communisten ga toch naar Moskou). Maar die Fidesz aanhang had niet door dat wat werd voorgelezen …. het 12-punten programma van Fidesz uit 1989 was! Voor democratie en een rechtsstaat, voor gelijkheid, vrijheid en broederschap. Dat oude programma hadden de demonstranten gevonden in de prullenbak op het binnenhof.

Terug naar de serieuze realiteit. In de genoemde brief spreken de ministers van buitenlandse zaken van de vier landen (voor Nederland Frans Timmermans) hun diepe bezorgdheid uit over de richting waarin premier Orbán Hongarije voert. Wat vooral steekt is dat de Hongaarse regering de onafhankelijke “checks and balances” die bij een democratie horen niet serieus neemt, zie de manier waarop ze met de grondwet omgaat (en het de-facto eind van de onafhankelijkheid van de Nationale Bank sinds 3 maart). De briefschrijvers dringen erop aan dat Europa een pakket van maatregelen gaat ontwerpen om af te dwingen dat lidstaten zich aan de fundamentele democratische waarden van de gemeenschap houden. Daartoe behoren in het uiterste geval zelfs het ontnemen van stemrecht en het opschorten van subsidies. De voorzitter van de Europese Commissie José Manuel Barroso belde vrijdag hoogstpersoonlijk met Orbán om zijn bezorgdheid te uiten en stuurde vervolgens ook een brief. Secretaris generaal Thorbjorn Jagland van de Raad van Europa had de dag daarvoor al bij Hongarije aangedrongen op uitstel van de stemming van maandag, zodat de Venetië Commissie zich eerst over de wijzigingsvoorstellen kan buigen. Ook het State Department van de VS bracht een verklaring uit waarin het bezorgdheid uitsprak.

Het zal zeker niet geholpen hebben dat premier Orbán op een bijeenkomst in Warschau begin van de week, in aanwezigheid van kanselier Merkel van Duitsland en president Hollande van Frankrijk, hard uithaalde naar de EU. “De landen van Centraal en Oost Europa moeten hun eigen beleid maken zonder daarbij op de EU te letten. We hoeven niet te luisteren naar alles wat de bureaucraten in Brussel zeggen,” aldus Orbán. Zulke uitspraken vallen misschien goed bij de Berlusconi’s, LePen’s en Wildersen van Europa, maar leveren je verder weinig vrienden op. Opvallend was ook dat Péter Szijartó, Orbáns persoonlijke minister van buitenlandse zaken, begin maart een bezoek bracht aan Duitsland en bij terugkomst verklaarde dat alle “misverstanden” met Duitsland waren opgelost en de relatie prima was. Prompt verscheen op 5 maart een zeer kritisch artikel over de Hongaarse regering in Die Welt geschreven door Michael Link, ondersecretaris in het Duitse ministerie van Buitenlandse Zaken, en enige dagen later barstte bovengenoemde bom. Het kan niet zijn dat Szijartó daarvan niets heeft meegekregen bij zijn bezoek aan Berlijn, maar hij neemt het wel vaker niet al te nauw met de waarheid.

Tot nu toe, zondagmiddag 10 maart, wijst de regering Orbán alle kritiek van de hand en herhaalt ze haar gebruikelijke verdediging: het berust allemaal op misverstanden, de critici hebben de wetswijzigingen waar het om gaat niet goed gelezen, er is geen sprake van dat de democratie in gevaar is. De stemming maandag gaat dan ook gewoon door. Maar het is niet uitgesloten dat Orbán op het allerlaatste moment toch weer een beetje toegeeft, bijvoorbeeld door de stemming alsnog uit te stellen of ondertekening door President Áder te verschuiven. De gebruikelijke “twee stappen voorwaarts, één stap terug” salami tactiek dus.

Geheugenopfrisser 1: het gaat allemaal om een superamendement op de grondwet, waarmee de regering Orbán tal van wetten en ideeën die de afgelopen maanden door een meerderheid van het Grondwettelijk Hof waren verworpen (deels om inhoudelijke redenen, deels om technische redenen) en die ook in Europa zeer omstreden zijn, alsnog in te voeren. Dit betreft o.a. het ontnemen van wettelijke erkenning aan een reeks kerken, de beperking van het begrip gezin tot een relatie tussen man en vrouw, een verbod aan politieke partijen om tijdens verkiezingscampagnes advertenties te plaatsen op commerciële media, kranten of het Internet (dat mag alleen via de gelijkgeschakelde staatsomroep), het strafbaar stellen van dakloosheid, de beperking van de autonomie van rechtbanken en universiteiten en de verplichting voor Hongaarse studenten om een aantal jaren in Hongarije te werken. Dat wordt allemaal deel van de grondwet zodat het voor toekomstige regeringen heel moeilijk wordt dergelijk beleid te wijzigen en zodat het Grondwettelijk Hof niet meer kan zeggen dat het ongrondwettelijke regelingen zijn (ze staan immers in de grondwet). Ook worden de bevoegdheden van datzelfde Hof verder ingeperkt: ze mag wijzigingen op de grondwet niet meer beoordelen op hun inhoudelijke merites maar slechts op de procedurele gang van zaken en ze mag zich niet meer beroepen op de uitspraken van het Hof tussen 1990 en 2012, toen de nieuwe Fidesz grondwet werd aangenomen. Daarmee wordt 22 jaar constitutionele jurisprudentie in de prullenbak gegooid en tegelijk de poort opengezet naar mogelijke nieuwe wetswijzigingen omdat een aantal dingen juist dankzij die jurisprudentie vastliggen (maar straks dus niet meer): het verbod op de doodstraf, het recht op abortus, dataprotectie van het individu (voor een uitgebreide analyse in het Engels van het superamendement door de Amerikaanse juriste Kim Lane Scheppele, zie http://krugman.blogs.nytimes.com/2013/03/01/guest-post-constitutional-revenge/).

Geheugenopfrisser 2: over de bestaande op 1 januari 2012 ingevoerde Fidesz grondwet ligt er nog steeds het oordeel van de Venetië commissie die het in 2011 “een bedreiging voor de democratie” noemde en met name de ruim 40 wetten met grondwettelijke status hekelde die het wijzigen van Fidesz beleid door toekomstige regeringen schier onmogelijk maken en daarmee “de betekenis van verkiezingen verzwakken.”


Verder deze week:

- Naar aanleiding van de genoemde bezetting van een partijkantoor heeft partijdirecteur Kubatov van Fidesz nu een landelijk netwerk opgezet van aanhangers die worden opgeroepen om te komen helpen andere kantoren van Fidesz te verdedigen zodra daar acties of demonstraties zijn. Deel van dat netwerk vormen ook mensen die bekend staan als de harde kern van de hooligans van voetbalclub Fradi (waarvan Kubatov president van de bestuursraad is). In een brief aan de Fidesz leden worden de (vreedzame) activisten er niet alleen van beticht geweld te gebruiken en vernielingen aan te richten,  maar ook dat ze een soort knokploeg zijn van de leider van Samen 2014, Gordon Bajnai (de “Bajnai-Garde”). Dat alles uiteraard zonder dat daarvoor enig bewijs wordt aangevoerd.

- Diezelfde activisten organiseerden zaterdagmiddag, dus binnen twee dagen, een demonstratie bij het Parlement tegen het gerommel met de grondwet. Er kwamen 4.000 mensen die vreedzaam hun ongenoegen uitten en ondermeer met vlaggen van de EU zwaaiden.





zondag 3 maart 2013

En dat is negen…



Ze zullen de financiële markten vast nog een tijdje voor de mal houden, maar in feite heeft de Hongaarse Nationale Bank zojuist zijn onafhankelijkheid verloren, aldus het commentaar van een financiële specialist op de benoeming van György Matolcsy tot nieuwe gouverneur van de Hongaarse Nationale Bank (MNB) per 4 maart 2013. Intussen blijft premier Orbán in weerwil van de simpele feiten keihard beweren dat het onorthodoxe economische beleid van de afgelopen drie jaar, waarvan Matolcsy als superminister van economische zaken de bedenker was, een enorm succes is.

De benoeming van Matolcsy als opvolger van de onafhankelijke András Simor, wiens termijn van zeven jaar is afgelopen –  werd een paar maanden geleden door de meeste financiële deskundigen nog gekarakteriseerd als een “rampscenario.” Maar het was inmiddels al weken niet echt een verrassing meer en dus was de schok er al vanaf. De gevolgen zullen echter ernstig zijn, denkt financieel analist Peter Attard Montalto. Op portfolio.hu concludeerde hij dat we moeten rekenen op “een groter en meer dramatisch verlies aan geloofwaardigheid (…), minder transparantie en het verdwijnen van onafhankelijk en onbevooroordeeld onderzoek en analyse over de financiële sector en belastingkwesties.” Vanaf nu is de Nationale Bank een uitvoerend orgaan van de regering en van premier Orbán. Dat is dus onafhankelijk controle instituut nummer negen dat eraan moet geloven. Er zijn al eerste berichten dat de staf van de bank nu gescreend wordt op haar politieke betrouwbaarheid. Attard Montalto verwacht dat de twee vicedirecteuren van de bank op korte termijn ontslagen zullen worden, snel gevolgd door een ontslaggolf onder de gehele staf.

Premier Orbán blijft intussen uitdragen hoe enorm succesvol het onorthodoxe economische en financiële beleid van de afgelopen drie jaar, dat is uitgedacht door Matolcsy, zou zijn. De werkelijkheid is bepaald anders, meent László Békesi, econoom en zelf minister van financiën in 1989/1990 en 1994/1995, in een artikel in de Budapester Zeitung.
Ja, het begrotingstekort is op papier teruggedrongen tot rond de 3%. Maar dat is gebeurd door de private pensioenfondsen te nationaliseren (niet alleen diefstal, maar ook nog dom want toekomstige generaties zullen daarvoor extra moeten dokken), door (buitenlandse) banken en multinationals buitensporig hoge extra belastingen op te leggen (waardoor de investeringen volledig stil zijn komen te vallen en de economie in een recessie is geraakt) en door een reeks antisociale maatregelen (belastingverlaging voor de rijken, belastingverhoging voor de armen en inkomens tot en met modaal).  
Ja, de staatsschuld is afgenomen van 81% naar 79%. Maar omdat de economie dusdanig in het slop is geraakt dat er de komende jaren geen serieuze groei te verwachten is, zal de schuldenlast onvermijdelijk binnenkort weer gaan groeien.
Ja, de werkloosheid is op papier iets gedaald. Maar dat komt alleen maar omdat meer dan 100.000 werklozen in tijdelijke werkverschaffings-baantjes zijn gedwongen waar ze voor een  fors verlaagd minimumloon moeten werken, want een uitkering krijgen ze anders niet. Zowel bij de overheid als in de private sector nemen de reguliere banen nog altijd gestaag af en er waren nog nooit zoveel faillissementen van bedrijven als afgelopen jaar. En stel je voor hoe hoog de werkloosheid zou zijn als er de afgelopen drie jaar niet een paar honderdduizend Hongaren waren geëmigreerd?

Verder de afgelopen week:

- De recent benoemde onderstaatssecretaris voor Hoger Onderwijs István Klinghammer suggereerde onlangs dat er een soort buitenlands complot is om de kwaliteit van het onderwijs in Hongarije te ondermijnen. “Het is niet in het belang van buitenlanders dat er onderwijs van hoge kwaliteit is in Hongarije,” aldus de 72-jarige Klinghammer, een echte man van de oude garde. Dat lijkt me helemaal de juiste houding om een modernen Europees  universitair systeem op te bouwen.

- Op diverse universiteiten zijn de eerste massaontslagen van professoren en docenten begonnen. Onder degenen wiens namen op de lijst staan behoren zeer vooraanstaande wetenschappers.  Studenten hebben acties gehouden om tegen deze ontslaggolf te protesteren. Daarbij werden onder meer menselijke ketens gevormd rond een aantal faculteiten.

- De regering heeft, ondanks een paar vage toezeggingen aan actievoerende studenten, ook haar plannen om de autonomie van de universiteiten in te perken, niet ingetrokken. Ideeën om rectoren voortaan door de regering aan te laten stellen en om op alle universiteiten een financiële regeringscommissaris neer te zetten die over de financiën gaat, gaan nu mogelijk in de Fidesz grondwet worden verankerd.

- Ook het strafbaar stellen van dakloosheid, onlangs nog door een meerderheid in het Grondwettelijke Gerechtshof  als onconstitutioneel bestempeld, komt nu wellicht gewoon in de grondwet (en is dan dus niet meer ongrondwettelijk).

- Ook overweegt Fidesz om een deel van de (toch al zeer halfbakken) concessies die ze had gedaan aan de Raad van Europa omtrent de mediawetgeving weer ongedaan te maken. Er was ondermeer toegezegd dat het hoofd van de mediaraad na een zittingsperiode van negen jaar niet voor nog eens negen jaar herkozen kon worden. Maar dat wordt nu wellicht toch mogelijk.