Is zelfs de zaak van
de Nokia doos een farce? Feit is dat, twee weken na het begin van dit proces
tegen een vermeende corrupte socialistische politicus, al twee aangeklaagden
voor de rechtbank belastende verklaringen hebben afgelegd over manipulatie door justitie en
politie. Er wordt met spanning gewacht op de kroongetuige, op wiens verklaring de hele zaak lijkt te rusten.
De zaak van de Nokia doos werd in maart 2010, vlak voor de
verkiezingen van mei, waarschijnlijk de bekendste corruptiezaak ooit in
Hongarije. De socialistische politicus Miklós Hagyó, plaatsvervangend
burgemeester van Boedapest en onder meer verantwoordelijk voor het Openbaar
Vervoer Bedrijf van de hoofdstad (BKV), zou een manager van die BKV hebben
gedwongen in totaal 150.000 euro (40 miljoen forint) uit de BKV kas aan hem te
overhandigen. Volgens die manager, de kroongetuige, moest hij regelmatig geld
in cash en verpakt in een Nokia doos aan Hagyó overhandigen.
Het geld werd, zo was de veronderstelling, onder andere in de partijkas van de
socialisten gestort.
De ophef was enorm, het begrip “Nokia doos” werd in luttele
weken in Hongarije een synoniem voor “door en door corrupt en verdorven” en de
zaak was een belangrijke factor in de ongekende verkiezingsnederlaag van de
socialisten en links-liberalen (die ook een zeer belangrijke vinger in het
stadsbestuur van Boedapest hadden). Direct na de verkiezingen, waarin Hagyó
zijn parlementszetel verloor en dus ook zijn parlementaire onschendbaarheid,
werd de politicus gearresteerd en startte justitie een groot onderzoek naar corruptie
binnen het Openbaar Vervoer Bedrijf.
Maar de aanklagers kwamen in twee jaar onderzoek niet heel
erg ver. Ja, er werden her en der wat onduidelijke zakenpraktijken boven water
gehaald (de BKV is notoir verliesgevend en bureaucratisch) en in totaal zijn er
16 mensen aangeklaagd, onder meer op de nogal vage
beschuldiging van “schending van de plicht tot vertrouwelijkheid.” Maar justitie
lijkt met niets te kunnen komen dat corruptie of omkoping keihard bewijst en bovenal,
op die ene kroongetuige na lijkt er geen enkel aanvullend bewijs dat Hagyó geld
heeft geëist, gekregen of doorgesluisd naar de socialisten.
En nu heeft dus één van de aangeklaagden verklaard dat hem is
beloofd dat in ruil voor een belastende verklaring tegen Hagyó de aanklacht
tegen hem zou worden ingetrokken. Hij weigerde mee te werken. Een andere aangeklaagde
trok ten overstaan van de rechter zijn eerdere belastende verklaring tegen
Hagyó in en bood omstandig zijn excuses aan de politicus aan. Hij was ziek toen
hij in de gevangenis zat en verhoord werd en justitie en politie wilden hem
alleen naar huis laten gaan als hij Hagyó zou beschuldigen, zei hij. Waarop hij
uiteenzette hoe zijn verklaring naar justitie werd gefaxt net zo lang tot ze daar
tevreden waren met de inhoud.
Dat doet de vraag rijzen wat er straks overblijft van de
kroongetuige, de manager die door Hagyó zou zijn gedwongen geld te
overhandigen en die volgens critici bij voorbaat niet zo betrouwbaar over komt.Zij wezen er al eerder op dat de man snel na het afleggen van
zijn belastende verklaringen een nieuwe advocaat nam en wel iemand van een bureau
dat veel zaken doet voor Fidesz. En wat te denken van het feit dat hij een jaar
later door het Fidesz bestuur van de stad Pécs opeens is benoemd als manager
bij het openbaar vervoerbedrijf aldaar?
In linkse kringen wordt dan ook hardop gezegd dat het hier in feite
gaat om weer een politiek showproces, waarbij ook de Orbán-vertrouwelingen aan de
top van het justitiële en gerechtelijke apparaat (de nationale hoofdofficier
van justitie en het administratieve hoofd van de rechtbanken) betrokken zijn.
De vraag of de opzet altijd slaagt, is van minder belang; ook de zogenaamde “grote
zaken” tegen voormalig socialistisch premier Ferenc Gyurcsány en de centrumrechtse
politica Ibolya Dávid (zie de Kuif van 25 juli 2012) stortten uiteindelijk ineen.
Maar het kwaad – het zwart maken van oppositionele politici – is wel geschied.
En ik herhaal het maar weer eens: ik zal de laatste zijn om
te ontkennen dat er onder de socialisten de nodige corruptie was. Daarbij komt
me steevast het interview voor ogen met de CEO van een grootwinkelbedrijf. De
man legde omstandig uit hoe hij in gemeentes en deelgemeentes (de socialisten én Fidesz) waar hij een filiaal wilde openen, regelmatig wat moest betalen aan
deze of gene locale politicus. Uiteindelijk stond hij erop dat die passage uit het
interview werd geschrapt. Dus ja, er was corruptie maar de Hagyó-zaak lijkt er opnieuw op te wijzen dat
het met de socialisten nou ook weer niet zo erg was als sommigen
altijd suggereren.
Verder de afgelopen
week
- Er lijkt toenemende onenigheid in oppositiekringen wat te
doen op 23 oktober, de dag van de herdenking van de opstand van 1956. De
afgelopen twee jaar werd er, op initiatief van Facebookgroep Milla, op die dag door
vele tienduizenden gedemonstreerd in Boedapest tegen de autoritaire tendensen
van de regering Orbán. Maar Milla lijkt over haar hoogtepunt heen. De groep organiseert
wel opnieuw een demonstratie, maar wil niet dat daar oppositiepartijen e.d. bij
aanwezig zijn. Dat is weer reden voor groepen die vinden dat er meer moet
gebeuren dan alleen maar roepen dat we “tegen” zijn, om af te haken en zelf elders
iets anders te organiseren. De verdeeldheid neemt vooralsnog toe, niet af.
- De socialistische MSZP heeft daarop nu verklaard dat ze
desnoods alleen de verkiezingsstrijd met Orbán en Fidesz in 2014 aangaat,
hoewel de partij volgens leider Attila Mesterházy liever samenwerkt met andere
oppositionele krachten, zoals de LMP (de min of meer groene partij), de DK (de
nieuwe links-liberale partij van ex-premier Gyurcsány), Milla, Szólidáritás
(een nieuwe vakbondsgroepering) en 4K! (een nieuwe partij van
sociaaldemocratische jongeren). Helaas wil de LMP absoluut niet samenwerken met
socialisten en DK (hoewel ze op haar eentje al moeite zal hebben de kiesdrempel
te halen), wil Milla apolitiek blijven (maar wel de politiek veranderen, rara
hoe dan?) en stellen andere groepen zoals Solidariteit en 4K! weinig voor. De
socialisten hebben dus geen keus. Het probleem is natuurlijk dat ze zelf nog
altijd niet grondig genoeg zijn vernieuwd en dat de nieuwe kiesregels die door
Fidesz worden opgelegd (en die nu in het parlement worden besproken) een nederlaag
van de regering behoorlijk onwaarschijnlijk maken, tenzij de oppositie zich massaal
achter één gezamenlijke kandidaat stelt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten