De nieuwe formatie
“Samen 2014” lijkt een politieke aardverschuiving te veroorzaken. Ze is in één
klap de populairste oppositiebeweging geworden en haar leider ex-premier Gordon
Bajnai de op één na populairste politicus van het land, zo blijkt uit een opiniepeiling
van bureau Median. De regering Orbán voelt nattigheid en begint via ‘civiele’ mantelorganisaties
direct een grote publiciteitscampagne tegen de beweging.
Bajnai en Obama: the best is yet to come? |
Volgens de peiling is Bajnai op de staatspresident na nu de
populairste politicus van het land. Dat de president (Fidesz-man János Áder) nummer
één staat, zegt weinig want de president staat altijd één, wie hij ook is en
hoe hij het ook doet. Dat zal wel iets te maken hebben met de president als
nationaal symbool, die moet je wel aardig vinden. Veelzeggender is dat de
nieuwe nummer twee Bajnai aanzienlijk populairder is dan premier Orbán, die pas
op de negende plaats komt met 12% minder aanhang.
Ook is onder alle kiezers de steun voor Samen 2014 een
week na de oprichting op 23 oktober al 14% en is het daarmee direct de grootste
oppositiebeweging. Opvallend is dat het aantal twijfelaars voor het eerst in
twee jaar drastisch afneemt, van 46 naar 37%. De andere linkse en
middenpartijen leveren in: de socialisten gaan van 17 naar 10%, de LMP-groenen van
5 naar 3% en de DK liberalen van 3 naar 1%. Het idee dat Samen 2014 de paraplu moet
worden, waaronder de andere partijen zich scharen, lijkt dus aan te slaan. In
dezelfde peiling zakt Fidesz van 23 naar 22% (nog steeds de grootste dus) en heeft
het extreemrechtse Jobbik 10%.
Het kan haast geen toeval zijn dat een dag later een
coalitie van conservatieve civiele organisaties (CÖF) aankondigt dat ze een
publiciteitscampagne begint tegen Bajnai en de oppositie. CÖF zegt 400
maatschappelijke organisaties te vertegenwoordigen, maar wat die in praktijk doen
en al dan niet voorstellen is zeer onduidelijk. Het CÖF krijgt wel miljoenen
euro’s uit subsidiepotjes van de Fidesz regering (de leider van CÖF is ook de voorzitter
van een door de Fidesz regering opgericht “Fonds voor Nationale Samenwerking” dat
subsidies verdeelt). CÖF was eerder dit jaar een van de organisatoren van de twee
grote pro-regeringsdemonstraties. Nu gaat ze de komende weken een “informatiecampagne”
voeren waarbij ondermeer miljoenen mensen een krantje in de brievenbus krijgen
waarin de wandaden van de vorige regeringen tussen 2002 en 2010 (de
socialistische regeringen en het zakenkabinet van Bajnai) aan de schandpaal
zullen worden genageld. Kortom: het CÖF is een ouderwetse mantelorganisatie.
Verder de
afgelopen week:
- De laatste wijzigingen in de nieuwe kiesregels worden
dezer dagen aangebracht en volgende week neemt het parlement de nieuwe wet aan.
Het is zeker dat kiezers zich apart zullen moeten registreren (volgens critici
vooral bedoeld als middel om een deel van de ontevreden zwevende kiezers die op
het laatste moment tegen de zittende regering dreigen te stemmen buiten te
sluiten). Er is ook sprake van verminderde staatssteun voor politieke partijen,
een verbod op politieke advertenties en boodschappen op commerciële TV en
radiostations en delen van het Internet, en de mogelijke benoeming van louter
Fidesz mensen in de Nationale Kiesraad die de verkiezingen organiseert. Het
wordt er niet democratischer op. Veel meer hierover volgende week.
- Het conflict tussen Brussel en de Hongaarse regering
over financiën is opnieuw opgeschort. De Europese Commissie oordeelde op 7
november dat het Hongaarse begrotingstekort in 2012 en 2013 onder de 3% blijft
en dat er dus nu geen reden is om in te grijpen. Maar in 2014 dreigt het tekort
al weer boven de 3% uit te komen en de Commissie wil daarom de speciale
waakzaamheidsprocedure die van kracht is tegen Hongarije (al sinds 2004!) niet opheffen.
Daarmee blijft de regering Orbán het risico lopen dat er op enig moment
besloten kan worden dat EU subsidies worden bevroren. Brussel houdt het kruit
droog.
- Het EU Gerechtshof in Straatsburg heeft de massale
vervroegde pensionering van vele honderden rechters, officieren van justitie en
notarissen door de regering Orbán onwettig verklaard. Die vervroegde
pensioneringsoperatie wordt door critici gezien als een vorm van politieke
zuivering. Eerder oordeelde het Grondwettelijke Hof in Hongarije in meerderheid
al dat de vervroegde pensionering van rechters ongrondwettelijk was. Maar
Staatspresident Áder heeft dat oordeel tot nu toe naast zich neergelegd en
niemand heeft zijn post teruggehad. Waarschijnlijk komt de regering Orbán nu met
nieuwe voorstellen waarbij op details concessies worden gedaan maar de essentie
van het idee overeind blijft. Het kan makkelijk opnieuw een jaar of meer duren
voordat de juridische strijd daarover is beslecht en intussen verandert er aan
de status quo niets: de oude mensen zijn weg en er zijn nieuwe mensen
benoemd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten