De eerste politiek
gevoelige rechtszaken zijn verplaatst naar andere rechtbanken en rechters
worden vervroegd met pensioen gestuurd en vervangen hoewel het debat daarover
met Brussel nog steeds gaande is. De nieuwe Fidesz-regent bij de Hongaarse rechtbanken
laat er geen gras over groeien.
De onafhankelijkheid van de rechtbanken is een van de
belangrijkste strijdpunten tussen Brussel en de regering Orbán. De president
van het nieuwe Nationaal Gerechtelijk Bureau Tünde Handó (familievriend van
premier Orbán en lid van de inner circle van Fidesz) heeft een in Europa
ongekende macht, zo concludeert ook de Venetië Commissie in een rapport dat
deze maand verschijnt. Ze kan rechters aanstellen, bevorderen (of niet) en
ontslaan, ze beslist over alle financiën van alle rechtbanken en kan strafzaken
naar believen verplaatsen en aan andere rechtbanken toewijzen. Tegen haar
besluiten is geen beroep mogelijk en ze is voor minimaal negen jaar aangesteld.
She’s got the power.
Mevrouw Handő, aangesteld op 1 januari, heeft nu de eerste
negen rechtszaken verplaatst van het drukke gerechtshof in Boedapest naar
minder drukke rechtbanken in de provincie, uiteraard geheel om redenen van efficiëntie.
Daaronder zijn drie gevoelige corruptiezaken. De eerste is een proces tegen een
voormalige (socialistische) viceburgemeester van Boedapest en 14 medewerkers op
een aanklacht van het verduisteren van 60 miljoen euro aan overheidsgeld,
strafeis 20 jaar cel. De zaak is verplaatst naar de rechtbank van het stadje
Kecskemét, toevallig de stad waar de president van de plaatselijke rechtbank
een van de weinige toprechters is die de afgelopen maanden niet heeft
geprotesteerd tegen de aantasting van de onafhankelijkheid van de rechtbanken. De
tweede is de zaak tegen Tamás Varga, een economische adviseur van Fidesz die tot
een celstraf is veroordeeld voor verduistering van 120 miljoen euro aan
overheidsgeld. Zijn beroep is in behandeling, maar is nu verplaatst naar
Debrecen, de stad die als een bastion van Fidesz aanhangers geldt. Tenslotte is
er nog een grote fraudezaak verplaatst waarbij (Hongaarse) investeerders in
onroerend goed rond het Balaton meer betrokken zijn.
Mevrouw Handó heeft ook 129 nieuwe rechters uitgekozen die
op 1 april worden aangesteld ter vervanging van een eerste groep oudere
rechters die met pensioen worden gestuurd. Dat is merkwaardig aangezien over
die pensionering een discussie met Brussel loopt. De Europese autoriteiten
maken bezwaar tegen de gedwongen vervroegde pensionering dit jaar van in totaal
236 (merendeels hogere) rechters. In een tijd dat alle pensioenleeftijden
omhoog gaan, is die van hen verlaagd van 70 naar 62. De regering Orbán zegt dat
er daarmee gelijkheid wordt gecreëerd (in andere beroepen is 62 ook de
pensioenleeftijd) maar de echte reden is een publiek geheim: de meeste oudere
rechters worden gezien als “communisten” die de Fidesz macht niet welgezind
zijn en kunnen zo in één klap vervangen worden door jonge rechters die hun
supersnelle promotie te danken hebben aan de regerende partij. Fidesz woordvoerders
hebben al herhaalde malen gezegd dat ze op dit punt absoluut niet van plan zijn
concessies aan Brussel te doen en mevrouw Handó creëert nu voldongen feiten die
nauwelijks zijn terug te draaien.
Verder deze week:
- De politie heeft een inval gedaan bij de eigenaar van een
website waarop de Fidesz-regent voor media, Annamaria Szalai, belachelijk wordt
gemaakt. De site werd anderhalf jaar geleden opgericht uit protest tegen de
nieuwe mediawet. De president van de almachtige media autoriteit wordt op de
site ondermeer in pornografische houdingen afgebeeld (ze was begin jaren
negentig betrokken bij de uitgave van een paar softporno blaadjes). De betrokkeneigenaar wordt “misbruik
van persoonlijke gegevens” ten laste gelegd.
- de regering heeft opnieuw een contract van 800 miljoen
forint (2,7 miljoen euro) toegekend voor regerings-PR aan een bevriende PR
firma. De regering Orbán heeft volgens oppositie politici inmiddels al voor 5
miljard forint (17 miljoen euro) aan PR contracten uitgegeven.
- Het waterbedrijf van Noord Hongarije, eigendom van het
ministerie van binnenlandse zaken (!), heeft in het dorpje Halmaj ook een
werkverschaffingsproject lopen waarbij werklozen voor een schamele 47.000
forint (150 euro) per maand een paar maanden een klus doen. In dit geval zijn
de werkkrachten wel heel goedkoop want ze hebben al sinds begin februari geen
cent gehad en omdat ze “werken” krijgen ze ook hun uitkering niet.
- Een meerderheid in Ecofin, de raad van ministers van financiën
van de EU, vindt dat vanaf 2013 wel degelijk subsidiestromen richting Hongarije
bevroren dienen te worden als de regering Orbán niet op zijn laatst in september
serieuze en geloofwaardige begrotingsplannen voorlegt die uitzicht bieden op
een sluitende begroting op lange termijn. Voorwaarde voor zo’n geloofwaardige begroting
is echter een overeenkomst over een IMF/EU lening van 15-20 miljard euro. En
vooralsnog is het volgens de meeste analisten de strategie van de regering
Orbán om zo’n lening wel met de mond te belijden maar in praktijk te vermijden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten