woensdag 14 november 2012

Oneerlijke verkiezingen




Vele kleine beetjes maken ook een grote, onder dat motto past de regering Orbán opnieuw een aantal kiesregels aan zodat het speelveld nog verder naar haar kant overhelt. De invoering van een volstrekt onnodige extra kiezersregistratie zal ertoe leiden dat 25% of meer van de stemgerechtigden van de stembus wordt weggehouden. Het gaat daarbij vooral om burgers die zich niet met politiek bezig houden en ook geen enkel vertrouwen in politici (meer) hebben. Er is bovendien een verbod ingesteld op politieke advertenties bij de commerciële TV en radio en op het Internet. “Als je het formeel bekijkt, worden het in 2014 nog wel vrije verkiezingen. Maar eerlijk worden ze zeker niet, de oppositie wordt zwaar benadeeld,” zegt Csaba Tóth, politiek analist van denktank Republikon.

Een gelijk speelveld, gelijke kansen
Hoewel Hongarije een prima werkend bevolkingsregister heeft en uit opiniepeilingen blijkt dat 79% van de Hongaren tegen aparte registratie is, moeten de acht miljoen stemgerechtigde Hongaren zich nu toch apart en persoonlijk gaan registreren (wie werkt zal dus zelfs een halve of hele dag vrij moeten nemen). Die extra registratie is voor vier jaar geldig maar wie zich tot  twee weken voor verkiezingsdag niet heeft geregistreerd, mag niet meedoen. Deskundigen verwachten dat deze extra hindernis zeker een kwart van de kiezers weg zal houden van de stembus en dat de opkomst daardoor makkelijk kan dalen van 70% bij de vorige verkiezingen tot 45-50% in 2014.

Afgelopen maandag voerde Fidesz parlementariër Gergely Gulyás op een persconferentie allerlei formele argumenten aan waarom de bestaande burgerlijke stand nu opeens niet meer afdoende zou zijn. “Maar dat is merendeels onzin, die burgerlijke stand heeft altijd prima gewerkt. Waar het om gaat is dat de regeringspartij af wil van de aanzienlijke groep apathische en gedesillusioneerde kiezers die op het allerlaatste moment zo boos zijn dat ze toch nog naar de stembus gaan om de zittende regering weg te sturen,” aldus Tóth en zijn collega Robert László van onderzoeksinstituut  Political Capital. Bij de verkiezingen van 2010 kwam ongeveer 10% van de uitgebrachte stemmen van deze groep ‘zwevende kiezers’ die in de laatste twee weken besloten toch te gaan: dat zijn 500-duizend stemmen die toen voor een groot deel voor Fidesz waren en die ze nu tegen dreigt te krijgen.

Volgens de nieuwe regels mag er ook nog maar 50 dagen campagne worden gevoerd en mogen politieke partijen geen advertenties plaatsen op commerciële TV en radiostations  en op het Internet. Volgens Fidesz-man Gulyás is dat om te verhinderen dat partijen teveel geld uitgeven aan campagne voeren, maar ook daar geloven de twee analisten niets van. Zij denken dat Fidesz het de oppositie moeilijker wil maken om via die commerciële stations en populaire  nieuwssites op het Internet een groot publiek te bereiken. Natuurlijk zijn er wellicht omwegen om deze regels gedeeltelijk te omzeilen, zeker op het Internet, maar dat kost dan wel weer extra moeite en extra geld. “En TV zenders die daar aan meewerken, zouden via de omstreden mediawet weer problemen kunnen krijgen, dus die zullen heel voorzichtig zijn.”

Er mag straks wel beperkt campagne gevoerd worden via de staatsomroep (maar die is zwaar pro-regering en trekt nauwelijks publiek), via reclameborden op straat (maar die zijn voor een zeer groot deel eigendom van Fidesz oligarchen die de prijzen kunnen bepalen) en via gewone kranten (die slechts een klein publiek bereiken dat zijn keus toch al gemaakt heeft). En de regering kan intussen natuurlijk nog wel ‘publieke informatiecampagnes’  houden, zoals ze recent allerlei advertenties tegen het IMF plaatste. Maar als het aan Fidesz ligt komt er geen lange en felle verkiezingscampagne, komen er geen politieke advertenties en komen er zeker geen TV debatten met de oppositie, want dat alles lokt alleen maar zwevende kiezers naar de stembus.

In 2010 won Fidesz met 2,7 miljoen stemmen, maar de helft daarvan is inmiddels totaal gedesillusioneerd afgehaakt. De strategie is nu om met de overgebleven één tot anderhalf miljoen mensen, die volkomen idolaat zijn en hoe dan ook altijd op Orbán zullen stemmen, in 2014 te winnen. In dat licht moet je alle nieuwe regelgeving zien, meent Tóth. De regels van deze week komen bovenop eerder manipulaties, zoals de invoering van het “first past the post” systeem (de grootste partij wint een district, zelfs al heeft die maar 30% van de stemmen), het rommelen met de samenstelling van districten (waardoor Fidesz niet zal winnen in districten die traditioneel links zijn, maar wel veel meer kans heeft in zogenaamde “swing districts”), de invoering van stemrecht voor Hongaren in Roemenië en andere buitenlanden (alleen die Hongaren die een Hongaars paspoort hebben aangevraagd, wat doorgaans de meer nationalistisch gezinden zijn en dat levert Fidesz zo weer 100- of misschien 200-duizend stemmen extra op).

Elke maatregel op zichzelf is geen ongekende schending van het kiesrecht en elke maatregel op zichzelf levert de regeringspartij maar een klein beetje voordeel op. Maar al die voordeeltjes bij elkaar, leiden tot een aanzienlijke verstoring van het eerlijke speelveld.

En in het voorjaar van 2013 komt er nog meer, zoals een mogelijke drastische beperking of zelfs afschaffing van de overheidssubsidie voor partijen (zodat de oppositie, die toch al armer is dat de regering en haar oligarchen, nog minder fondsen heeft om te mobiliseren voor registratie en het stemmen zelf). “Let wel, deze regering kan eenzijdig en op elk moment de regels van het spel wijzigen, doet dat ook permanent en kan daarmee doorgaan tot vlak voor de verkiezingen. Dat alleen al maakt het heel moeilijk voor een oppositie om een campagne op te zetten en is dus eigenlijk onaanvaardbaar in een democratie,” aldus Tóth.


Maar hoezeer het speelveld ook verstoord is, we moeten en kunnen  met een sterke grassroots campagne Fidesz zelfs dan nog verslaan, zegt Gordon Bajnai van “Samen 2014” op een persgesprek met buitenlandse correspondenten afgelopen dinsdag: “We hebben geen keus. Het wordt onze laatste kans om op een redelijke manier van dit regime af te komen.” Bajnai hoopt in de zomer van 2013 een coalitie met een alternatief regeringsprogramma op poten te hebben. Daarvan zouden alle democratische partijen inclusief  centrumrechtse groepen deel uit moeten maken. “Het is belangrijk dat de EU Hongarije  zeer nauwgezet in de gaten houdt, maar verandering kan alleen maar van de Hongaren zelf komen.”

Verder deze week:



- Boeren in het dorp Kajászó hebben een stuk grond aan de rand van het dorp illegaal ‘bezet’. Ze bewerken het land gezamenlijk en willen de opbrengst onderling verdelen. Dit gebeurt uit protest tegen de oneerlijke manier waarop naar hun mening de Fidesz regering grote stukken staatsgrond, die eigenlijk onder kleine locale boeren verpacht zou moeten worden, in handen speelt van partijgetrouwen. Ook het bezette stuk grond is recent aan zo iemand toegewezen. Volgens ex-staatssecretaris van landbouw József Ángyán (Fidesz), die uit protest tegen deze corruptie een jaar geleden aftrad, vervreemd de regeringspartij op deze manier haar traditionele aanhang op het platteland van zich.

- Bij de hoofdstedelijke brandweer wordt het schoonmaakwerk tegenwoordig gedaan door 22 vrouwen van de werkverschaffing (gedwongen werk voor uitkeringsgerechtigden tegen een aanzienlijk verlaagd loon). Nadat de overeenkomst daartoe was getekend door het Ministerie van Binnenlandse Zaken (zowel de baas van de brandweer als van de werkverschaffing), zijn 19 schoonmaaksters in vaste dienst (met een regulier minimumloon) ontslagen, aldus een rapport van nationale ombudsman Máté Szabó.  
 

1 opmerking:

  1. Dak voor je heldere verhaal, over deze troebele zaken. Frouke

    BeantwoordenVerwijderen