maandag 3 september 2012

Dertig zilverlingen en een bijlmoordenaar



De affaire rond de Azerbeidjaanse bijlmoordenaar die afgelopen weekeinde onverwacht werd vrijgelaten, wordt een steeds grotere blamage voor de Hongaarse regering. Orbán heeft, na alle kritiek die er al op hem was, nu ook nog eens de naam van een man die bereid is voor 30 zilverlingen (een staatslening van 2-3 miljard euro van Azerbeidjaan) een veroordeelde laffe moordenaar vrij te laten. Hij is er bovendien in geslaagd in luttele dagen ruzie te krijgen met zowel Armenië als Azerbeidjaan, kan die staatslening waarschijnlijk op zijn buik schrijven en heeft in bredere internationale kringen zijn reputatie als een man die geen verstand heeft van diplomatie danig opgevijzeld.

De Azerbeidjaanse legerofficier Ramil Safarov zat in Hongarije een straf van 30 jaar uit, omdat hij tijdens een internationale NAVO cursus in Boedapest in 2004 zijn slapende kamergenoot, een officier uit Armenië, met een bijl de hersens insloeg. Safarov heeft zijn daad altijd gerechtvaardigd met een beroep op het conflict tussen Armenië en Azerbeidjaan over de provincie Nakorno-Karabach, een conflict dat in de jaren negentig tot een korte oorlog leidde. Safarov claimde simpelweg het recht en de plicht te hebben een Armeense soldaat, de vijand tenslotte, te doden en is daarvoor thuis altijd als een held vereerd.

De Azeri’s drongen dan ook al jaren op zijn vrijlating aan maar de Hongaren weigerden dat.  Tot premier Orbán recent een bezoek bracht aan Azerbeidjaan in de hoop van dit rijke en dictatoriale oliestaatje geld te kunnen lenen. En zie, na nog eens een bezoek van Orbán’s persoonlijke gezant buitenlandse zaken Péter Szijartó ( in juni benoemd) lieten de Azeri’s weten eventueel bereid te zijn twee tot drie miljard euro aan Hongaarse staatsschuld op te kopen. Maar blijkbaar alleen in ruil voor het naar huis zenden van Safarov.

De Hongaarse regering claimt dat ze vervolgens een akkoord sloot met de Azeri’s dat Safarov zijn straf in Azerbeidjaan uit zou zitten en dat ze zeer verbaasd is dat Safarov bij thuiskomst als een held werd ontvangen, meteen werd vrijgelaten en bovendien een flat, een fors bedrag ineens en een promotie kreeg.

Er ontstond direct diplomatieke heisa. Armenië was woedend en verbrak de diplomatieke verbindingen met Hongarije. Diverse Europese landen en de VS (bij monde van president Obama persoonlijk) vroegen zich openlijk af wat hier eigenlijk gebeurde. Het Hongaarse ministerie van buitenlandse zaken voelde zich vervolgens gedwongen de Azerbeidjaanse ambassadeur op het matje te roepen om te zeggen dat dit niet de overeenkomst was, hoewel het opvalt dat dit een aantal dagen op zich liet wachten en er bovendien nog steeds geen officiële afkeuring van de regering ligt.

Er zijn twee mogelijkheden: ofwel de regering wist donders goed dat Safarov zou worden vrijgelaten maar was daar vanwege de dertig zilverlingen niet in geïnteresseerd ofwel ze hebben zich als een stelletje klunzige amateurs verschrikkelijk om de tuin laten leiden.

Vast staat dat ambtenaren van buitenlandse zaken al onder de vorige regering hadden vastgesteld dat het niet waarschijnlijk was dat Safarov zijn straf zou uitzitten als hij naar Azerbeidjaan werd gestuurd (ook toen probeerde de Azeri’s dat te bereiken). Maar het lijkt er op dat dit alles is bekokstoofd door Orbán en zijn buitenlandsecretaris Szijartó buiten BuiZa om (dat zo ongeveer tot op de dag van de vrijlating volhield dat er van vrijlating geen sprake kon zijn). En de brief die de Hongaarse regering publiceerde waarin de Azeri’s volgens de Hongaren toezeggen dat Safarov niet vrijkomt, bevat in feite helemaal die toezegging niet. Er staat slechts dat Azerbeidjaan het Hongaarse vonnis respecteert en niet zal vernietigen door een nieuw proces te beginnen. Wel, dat hebben ze ook niet gedaan, ze hebben Safarov een presidentieel pardon gegeven en daarover staat in de brief niets.

En last but not least: na dit alles wordt het voor de Hongaarse regering heel moeilijk een lening van Azerbeidjaan alsnog in goed fatsoen te accepteren, aangezien dat het beeld van de dertig zilverlingen aanzienlijk zou versterken.

Verder de afgelopen week:
 - De Europese Commissie is bezorgd over de plannen van de regering Orbán om grote delen van de afvalverwerking, energiebedrijven en waterbedrijven te nationaliseren. Er wordt gevreesd voor de rechten van de private bedrijven die zich in die sectoren hebben ingekocht en aanzienlijke investeringen hebben gedaan. Bovendien, het land heeft een grote financiële lening van IMF en EU nodig (de avances naar Azerbeidjaan waren ondermeer een poging om daar onderuit te komen), maar dat geld is niet bestemd voor dit soort nutteloze aankopen.
- Die onderhandelingen met IMF en EU over een lening blijven overigens maar vooruit schuiven. Er is nog geen afspraak voor een eerste gesprek en Orbán heeft opnieuw gezegd dat hij aan een aantal eisen niet zal voldoen.
- Binnen oppositionele kringen beginnen de eerste discussie te ontstaan of de verkiezingen van 2014 wellicht niet geboycot moeten worden omdat ze nauwelijks  vrij en eerlijk kunnen verlopen. Met name de kleinere groeperingen (de groene LMP en groepen die zijn voorgekomen uit de grote demonstraties van de laatste twee jaar) zijn volstrekt kansloos. De grote vraag is: hoe oneerlijk worden ze precies (wordt er al dan niet een registratieplicht ingevoerd, bijvoorbeeld), wat tolereer je nog wel en wat niet meer?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten