zondag 28 april 2013

Eén gezamenlijke oppositie



De kogel is eindelijk door de kerk. Samen 2014 en de socialistische partij MSZP hebben definitief afgesproken dat ze vanaf nu één gezamenlijke oppositie vormen tegen het Orbán regiem. De leiders van de twee partijen, Gordon Bajnai en Attila Meszterházy, maakten die afspraak gisteren bekend.

Gordon Bajnai en Attila Mesterházy
Bij de verkiezingen van 2014 komt er in ieder district slechts één gezamenlijke kandidaat en er komt een gezamenlijke landelijke lijsttrekker. Bij alle tussentijdse verkiezingen zullen vanaf nu ook gezamenlijke kandidaten naar voren geschoven worden die gezamenlijk campagne voeren. De partijen houden op elkaar aan te vallen of te verzwakken en Mesterházy en Bajnai gaan vanaf nu hun werkzaamheden coördineren. Op lokaal niveau gaat er ook nauw samengewerkt worden tussen de partijactivisten (de MSZP heeft er zo’n 40.000 in het hele land, Samen 2014 maximaal 10.000 met het accent op Boedapest).

Samen 2014 – dat ook het buitenparlementaire Milla, de vakbond Solidarnosc en Dialoog voor Hongarije (de voormalige centrumlinkse vleugel van de Groenen) bevat – heeft zich daarmee eerder dan aanvankelijk de bedoeling was aan de MSZP gelieerd. Samen 2014 wilde aanvankelijk zoveel mogelijk tijd om meer centrumrechtse politici en andere publieke figuren die grote kritiek hebben op het beleid van de socialisten in het verleden, bij haar organisatie te betrekken. Maar het staat inmiddels wel vast dat zulks een schier hopeloze taak is. Hoeveel kritiek er ook in centrumrechtse kring is op Orbán c.s., de meesten van die critici weigeren ook categorisch zich openlijk met de oppositie te associëren.

De MSZP geeft met de verbintenis definitief het streven op om te zien in hoeverre ze op eigen kracht in staat is een vuist tegen Fidesz te maken. Diverse tussentijdse verkiezingen in gemeentes en deelgemeentes hebben de afgelopen maanden duidelijk gemaakt dat socialistische kandidaten in hun eentje kansloos zijn. Het ligt nu ook in de lijn der verwachting dat de landelijke lijsttrekker ofwel Bajnai ofwel een nog onbekende derde gaat worden, maar niet de socialist Mesterházy.

Verder afgelopen week:

* Het staatsmonopolie op tabaksverkoop draait, zoals te verwachten was, uit op een goede deal voor weer heel wat aan Fidesz gelieerde figuren. Er zijn in een niet-openbare en volstrekt ondoorzichtige vergunningenprocedure 3.500 vergunningen uitgegeven om tabak te verkopen en een groot deel daarvan aan mensen met de juiste politieke connecties. Volgens weekblad HVG ging het zo ver dat in veel gemeentes de locale Fidesz baas besliste wie een vergunning kreeg en dat in sommige gemeentes de Fidesz fractie er over heeft gestemd. Geen toeval dus dat er opvallend veel vergunningen uitgegeven zijn aan mensen rond de CBA winkelketen (een grote sponsor van Fidesz). Ook diverse mensen met connecties met de Fidesz politicus die de wet heeft opgesteld vallen in de prijzen, net als bijvoorbeeld de 19-jarige zoon van de Fidesz burgemeester van het dorpje Fonyód aan het Balaton (hij kreeg drie vergunningen) en drie leden van één familie in het stadje Esztergom die de hand wisten te leggen op tien van de 16 vergunningen daar. Van de meer dan 15.000 winkeliers die tot nu toe tabak verkochten, heeft het overgrote deel geen vergunning gekregen. Onder hen een man in Budakalász wiens familie al meer dan 70 jaar in de tabaksverkoop zit. Zijn grootvader raakte de familiezaak kwijt toen de communisten zijn winkel nationaliseerden in de jaren ’50, deze man raakt zijn inkomen kwijt nu Fidesz hem in feite hetzelfde trucje flikt. Gisteren dienden twee Fidesz politici ook nog eens een wet in die de winnaars van deze tabaksvergunningen van staatswege een winst van minimaal 10 procent garandeert. Al eerder was vastgelegd dat de betreffende winkeliers naast tabak ook alcohol, frisdranken, tijdschriften en loterijtickets mogen verkopen. Zodat ook de uitbaters van die stalletjes nu oneerlijke gesubsidieerde concurrentie krijgen.

* Hetzelfde laken een pak in de tenders voor landbouwland. Fidesz dissident Jozsef Angyán (ex-staatssecretaris van landbouw) slaat nu al twee jaar de trom over de wijze waarop Fidesz vriendjes lucratieve pachtcontracten krijgen toegespeeld. In twee provincies (Fejér en Borsod) is 80% van de contracten naar Fidesz relaties gegaan, voor zeker de helft ook nog eens naar mensen die geen locale boeren zijn maar behoren tot een kleine groep van families en individuen van buiten. De krant Népszabadság legde de hand op een intern rapport van de organisatie die de betreffende landbouwgrond in eigendom heeft, de NFA, waarin wordt gezegd dat de criteria voor de toewijzing van de pachtcontracten niet objectief zijn. Het bestaan van dat rapport werd tot nu toe van officiële zijde ontkend. Het politieke effect van deze machinaties is overigens vooral een verschuiving van de steun van Fidesz naar het extreemrechtse Jobbik in veel plattelandsgebieden.

* De minister van economische ontwikkeling heeft de directie van olie- en gasbedrijf MOL gevraagd op te houden met het subsidiëren van een wetenschappelijke stichting die de activiteiten van oppositieleider Gordon Bajnai met onderzoek ondersteunt. De Hongaarse overheid heeft aandelen in MOL en het geeft geen pas dat zo’n bedrijf de activiteiten steunt van iemand die de huidige regering ten val wil brengen, aldus de minister.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten